Toetsing

Toetsing

De toetsing bestaat uit een tentamen en een inleveropdracht. De inleveropdracht is om te kijken of je de basisvaardigheden van het programma bezit. De toets test of je de achterliggende theorie beheerst.

Leerdoelen

Aan het einde van de cursus beschikt iedere student over:

  • Een cartografisch correcte (Lees: Goed lees- en interpreteerbare) kaart maken.
  • Uitleggen hoe GIS werkt op vlakken zoals: bestandsindeling, geografische projecties, databases, en webservices.
  • Bewerkingen en analyses uitvoeren met QGIS.
  • Bedenken hoe GIS binnen de biologie toegepast kan worden, en waar juist niet.
  • Uitleggen wat het verschil is tussen vector en rasterbestanden.
  • Geografische data verzamelen in het veld.
  • Geografische (open)data vinden op het internet
  • Uitleggen hoe satelliet gebaseerde plaatsbepaling werkt en wat de zwakke punten zijn van dit systeem.